Rob
Beenders

Uit nieuwe resultaten van een onderzoek van de FOD Economie blijkt dat 242 van de 252 gecontroleerde Belgische webshops die doe-het-zelfmateriaal, speelgoed en babyartikelen verkopen aan consumenten de wet niet volgt. In totaal werden 1467 overtredingen vastgesteld: dat is een gemiddelde van 6,1 overtredingen per webshop. “Deze cijfers tonen aan dat de bescherming van de consument in de digitale economie nog te vaak tekortschiet. We moeten ervoor zorgen dat elke Belg veilig en correct online kan kopen, zonder misleiding of verborgen kosten”, zegt Rob Beenders, minister van consumentenbescherming. David Clarinval, minister van Economie, voegt hieraan toe: "Ik ben blij met de snelle respons van de sector op de controle. Dit toont aan dat ze mee zijn in het verhaal en bereid zijn om hun praktijken aan te passen. Het is essentieel dat we blijven inzetten op controle en sensibilisering, zodat onze ondernemingen kunnen groeien binnen een eerlijk en transparant e-commerceklimaat en de consument voldoende beschermd wordt."  

De FOD Economie heeft de resultaten bekendgemaakt van de algemene controlecampagne “E-commerce 2024” die werd uitgevoerd tussen 1 februari 2024 en 6 januari 2025. De controle richtte zich op bepaalde Belgische webshops. De bevindingen opmerkelijk: 96% van de gecontroleerde webshops was in overtreding met minstens één wettelijke verplichting. 

Doel en aanpak van de controle 

De controlecampagne had tot doel na te gaan of webshops voldoen aan de wettelijke bepalingen inzake: 

• de verplichte inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO),
• verplichte bedrijfsinformatie op websites en sociale media,
• precontractuele informatie bij onlineverkoop,
• het verbod op oneerlijke handelspraktijken en het verbod op oneerlijke bedingen,
• correcte prijsaanduiding per eenheid,
• en het verbod op bijkomende kosten zonder expliciete toestemming. 

Belangrijkste vaststellingen 

• Precontractuele informatie: 91,3% van de webshops gaf geen, onvolledige of foutieve informatie over onder meer het herroepingsrecht (83,3%) en de wettelijke garantie (56%). Dit is de meest voorkomende inbreuk (55% van alle vastgestelde inbreuken).
• Misleidende handelspraktijken en onrechtmatige bedingen: 54,4% van de webshops bevatte minstens één misleidende handelspraktijk of onrechtmatig beding, vaak met betrekking tot het herroepingsrecht of de wettelijke garantie.
• Gebrekkige transparantie op websites: 42,5% van de webshops vermeldde essentiële bedrijfsgegevens niet correct of onvolledig.
• Prijsvermelding per eenheid: Vooral in de sectoren doe-het-zelf en babyverzorging werd deze verplichting vaak niet nageleefd (67,4% van de gecontroleerde ondernemingen).
• Sectoranalyse: De meeste inbreuken werden vastgesteld in de speelgoedsector (43%), gevolgd door doe-het-zelf (30,2%) en babyartikelen (26,9%). 

Reactie en opvolging 

Hoewel het aantal inbreuken hoog ligt, blijkt uit de cijfers dat 96,7% van de overtredende bedrijven hun situatie hebben geregulariseerd na een waarschuwing. Slechts 8 processen-verbaal werden opgesteld wegens het uitblijven van correctieve maatregelen. 

De FOD Economie benadrukt dat veel inbreuken voortkomen uit een gebrek aan kennis van de wetgeving. Daarom werden reeds richtlijnen gepubliceerd, zoals: 

• “Informatieverplichtingen in het kader van e-commerce”
• “Vermijd onrechtmatige clausules bij online verkoop” 

David Clarinval, vice-eersteminister en minister van Economie, reageert: 

"Ik ben verheugd over de snelle en constructieve reactie van de sector. Dat 96,7% van de overtredende webshops hun situatie hebben geregulariseerd na een waarschuwing, toont aan dat onze ondernemers bereid zijn om zich aan de regels te houden en mee te werken aan een eerlijkere e-commercemarkt. Dit bevestigt dat ze mee zijn in het verhaal van een transparante en betrouwbare digitale economie. 

Het regeerakkoord voorziet in een boost voor de e-commerce, met aandacht voor zowel groei als naleving van de wetgeving. Daarom blijf ik inzetten op sensibilisering en gerichte controles, zodat ondernemers de nodige kennis verwerven van de geldende regels. Een goed geïnformeerde sector is essentieel voor het vertrouwen van de consument en de verdere ontwikkeling van de digitale handel in België."  

“Dit toont aan dat consumentenwetgeving belangrijk is. Het is bedoeld om het vertrouwen in de markt te versterken en oneerlijke praktijken te weren. Daarom zetten we deze legislatuur extra in op sensibilisering, duidelijke informatie en kordate handhaving. We willen webshops niet viseren, want startups hebben niet altijd kennis van de geldende regelgeving. Daar willen we deze legislatuur dan ook werk van maken. Duidelijke handvatten geven aan ondernemers. Daarom wijzen we hen eerst op hun fouten vooraleer we boetes uitdelen”, aldus Rob Beenders.